Inhoud
De ecologische inrichting van braakliggende terreinen wordt gesubsidieerd.
Een eigenaar van een braakliggend perceel kan het perceel ecologisch inrichten met de beplanting van de equivalente landschapselementen of tuinelementen. Braakliggende terreinen krijgen een uitzondering op een aantal voorwaarden van die landschapselementen en tuinelementen: de algemene voorwaarden van die landschapselementen of tuinelementen zijn niet van toepassing en de minimale oppervlaktes, breedtes en lengtes van de landschapselementen zijn niet van toepassing.
Een eigenaar kan ervoor kiezen om het gebruik van het braakliggend terrein te delen met andere personen. Dit kan bv. een ecologische samentuin, één of andere vorm van stadslandbouw, een hondenlosloopzone, een parkje, een speelbos,… zijn. Dit noemt een “kleine wildernis”. Dit nodigt uit tot burgerparticipatie en versterkt de buurt. Mortsel steunt ten volle zulke initiatieven.
De eigenaar bepaalt zelf de graad van toegankelijkheid en onder welke voorwaarden de toegankelijkheid gebeurt. Twee opties zijn mogelijk:
- Collectief-publiek medegebruik: het braakliggend terrein is toegankelijk voor en kan gebruikt worden door iedereen.
- Collectief-privatief medegebruik: het braakliggend terrein is slechts toegankelijk voor een beperkt aantal personen. Dit is minimaal 4 huishoudens uit de buurt.
Mochten beschermde soorten in het braakliggend terrein vestigen, kan dit later problemen geven bij de ontwikkeling van het terrein. De wering van zulke soorten zou tot onnodige kosten leiden en een verlies voor de natuur. Hiervoor kan een vergunning voor tijdelijke natuurontwikkeling bij het Agentschap Natuur en Bos worden bekomen.
Voorwaarden
- het braakliggende terrein is gelegen op het grondgebied Mortsel;
- indien de inrichting van het braakliggend terrein voortvloeien uit een omgevingsvergunning of worden verplicht op basis van andere wettelijke bepalingen (zoals boscompensaties), dan worden die uitgesloten van de subsidie. De aanvrager dient over een omgevingsvergunning- of melding beschikken indien de aanleg onder de vergunnings- of meldingsplicht valt volgens de geldende Vlaamse wetgeving of bouwcode (zoals reliëfwijziging of vellen van bomen). Landschapselementen mogen niet in overtreding zijn met het Veldwetboek, de Vlaamse Codex voor Ruimtelijke Ordening of andere wettelijke bepalingen.
- het is verboden invasieve exoten klasse 1 aan te planten. Dit zijn alle soorten op de zwarte lijst van het Belgisch Forum voor Invasieve Soorten en/of op de EU-lijst van invasieve soorten (Annex I van de Europese verordening betreffende invasieve, uitheemse soorten van 22 oktober 2014 nr 1143/2014);
- de houtige beplantingen (struiken, bomen en klimplanten) van het braakliggend terrein worden aangeplant op basis van de soorten vermeldt in bijlage I, annex A t.e.m. E, tenzij anders bepaald door de specifieke voorwaarden. Preferentieel worden de inheemse of inheems geachte soorten van annex A en B genomen. Uitheemse ingeburgerde soorten van annex C en D zijn acceptabel wegens ecologische en/of landschappelijke waarde. De milieudienst heeft het recht om op basis van de gewenste natuurdoelstellingen of de omgevingsfactoren soorten af te wijzen of voorwaarden op te leggen, de aanvrager wordt hiervan op de hoogte gebracht en mag een alternatief voorstellen. Voor de biodiversiteit worden er minimaal vijf verschillende soorten per landschapselement aangeplant;
- het braakliggend terrein mag aangelegd en onderhouden worden door een beheerder. Beheerders dienen over de toestemming van de eigenaar of gebruiker beschikken voor werken uitgevoerd op het perceel van de eigenaar. Beheerders mogen de subsidieaanvraag opstellen en indienen, en kunnen de subsidie rechtstreeks ontvangen;
- er kunnen enkel subsidies worden uitbetaald aan particuliere eigenaren, particuliere gebruikers of particuliere aanvragers die in hoedanigheid van een particuliere eigenaar of gebruiker handelen (beheerders). Publieke instellingen of percelen in eigendom van publieke instellingen worden uitgesloten, met uitzondering van particuliere gebruikers van percelen in eigendom van publieke instellingen in kader van een huur- of (erf)pachtovereenkomst.
- er mag slechts één aanvraag per jaar worden ingediend, behoudens uitzonderingen in de specifieke voorwaarden. De subsidies zijn cumuleerbaar. Aanvragers kunnen subsidieaanvragen bundelen van braakliggende terreinen die over meerdere percelen verspreid zijn;
- minimaal 80% van de perceeloppervlakte van het braakliggend terrein blijft onverhard.
Procedure
De subsidie kan worden aangevraagd door het invullen van het aanvraagformulier.
Bij de aanvraag wordt de volgende documenten bijgevoegd:
- beplantingsplan (schaal: minimaal 1/100) waarop duidelijk de landschapselementen, tuinelementen of equivalente vegetaties, de plantsoorten, de maten, de plantafstanden,… worden aangegeven. Op basis van het beplantingsplan wordt de subsidie bepaald. Dit hoeft geen professioneel plan te zijn, een schets met als achtergrond een luchtfoto is voldoende;
- omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen, vegetatiewijziging of wijziging van kleine landschapselementen (indien van toepassing);
- schriftelijke toestemming van de eigenaar van het terrein waaruit blijkt dat de beheerder het braakliggend terrein mag aanleggen op zijn/haar eigendom (indien van toepassing). Indien u eerder een aanvraag voor dezelfde ecologische tuin heeft ingediend en de toestemming heeft bijgevoegd, is dit optioneel;
- facturen van de uitgevoerde werken of aankoop plantgoed;
- motivatienota met de afwijking op de voorwaarden van het reglement (indien van toepassing). Aanvragers mogen een afwijking van de algemene of specifieke voorwaarden vragen, mits grondige motivatie. Deze afwijking is een gunst, geen recht, en wordt individueel beoordeeld.
Bedrag
Eigenaren krijgen dezelfde subsidies als de landschapselementen of ecologische tuin, de subsidies bedragen 50% van de oorspronkelijke waarde van landschapselementen vanwege het tijdelijk karakter, 100% van de oorspronkelijke waarde voor de ecologische tuin. Een subsidie voor braakliggende terreinen is niet cumuleerbaar met de subsidie voor ecologische tuinen.
Eigenaren die hun braakliggend perceel openstellen voor collectief-publiek of collectief-privatief medegebruik kunnen subsidies krijgen bedragende 100% van de oorspronkelijke waarde, voor ecologische tuinen is dit 200% van de subsidie.
Meer info
Jeuken je (groene) vingers maar weet je niet hoe te beginnen? Contacteer de milieudienst telefonisch via het onthaal, of via e-mail milieu@mortsel.be, of vraag professioneel advies aan het Regionaal Landschap Rivierenland.
Downloads
- Subsidiereglement KLE en GLE - bijlage 1 plantenlijst.pdf 339,4 Kb